zaterdag 27 december 2014

Y.NÉ - De werkelijkheid houdt het lang vol



Zonder twijfel is Y.Né (1958, Goes) een van de meest speelse dichters in ons taalgebied. Haar ontwikkeling werd in 2009 vastgelegd in de verzamelbundel ‘Hier mag niets af zijn’. Deze nieuwe titel geeft aan dat ze zich eerst richt op de waarneembare wereld. Maar dat is slechts een aanloop. Haar credo is namelijk dat je daar ook iets mee kan, mag, moet dóen en liefst zo persoonlijk mogelijk. De beginregels tonen al wat dat in termen van poëzie kan betekenen: “Het trage heen en weer van ruitenwissers leert / dat geen van mijn gedachten strookt / met staat van vrede. Dat het rode lampje brandt / raakt niet mijn brein.” Amper klankovereenkomst dus, geen zoetgevooisde zinnen en zeker geen behaagzucht. Nee, de zegging en beeldspraak staan geheel in dienst van het overbrengen van gedachten, even zovele aansporingen voor de lezer om die te delen, aan te vullen of te vervangen maar in elk geval om de tekst te activeren. Over bijna alle strofen valt na te denken en dan kán de vertrouwde mentale ruimte worden afgesloten, een nieuwe worden geopend, in maar bij voorkeur buiten de perken van het gedicht. “Het einde tart de verbeelding”, dixit Né.


Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, oktober 2014.
Uitgeverij: De Geus.
Foto: Albert Hagenaars.


www.alberthagenaars.nl

vrijdag 14 november 2014

PETER THEUNYNCK - De benen van de hemel




'De benen van de hemel' is een passende titel voor de nieuwe bundel van Peter Theunynck (1960, Eeklo). Hij geeft zowel een verticale interactie aan als het vermoeden van transcendentie. De omslagfoto toont hoge bomen. Daarmee is het belangrijkste motief aangegeven. Theunynck maakt dankbaar en vernuftig gebruik van wortels, takken, eigenschappen en symboolwaarden van bomen. In vrijwel elk gedicht van de zeven afdelingen staat wel minimaal één woord dat er mee te maken heeft, bijvoorbeeld bast, kweepeer, park, ontbolsterd, kreupelhout, planken, pitten, kruisen, tafelpoten. Vanuit dit woordenveld bestrijkt Theunynck de klassieke thema's geboorte, liefde en dood en daaraan gekoppeld tijden en plaatsen van lijden, vreugde, behoefte aan spiritualiteit, getuige ook titels als 'Reïncarnatie', 'Verlies', 'Flanders Fields', 'Yperiet', 'Calvarieberg' en 'San Michele, Dodeneiland'. Door het eenvoudige taakgebruik en de harmonieus uitgewerkte beeldspraak kan deze poëzie door een grote groep lezers worden gewaardeerd. Dit wil niet zeggen dat semantisch gerichte puzzelaars af moeten haken. Er is voor ieder wat wils.

Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, oktober 2014.
Uitgeverij: Wereldbibliotheek.
Foto: n.n.b.


www.alberthagenaars.nl

maandag 13 oktober 2014

MARC KREGTING - dood vogeltje vluchtstroken





Marc Kregting (Breda, º1965) weet verbluffend origineel te schrijven, zo ook weer in dit boekje prozateksten, dat er aan de buitenkant als een poëziebundel uitziet. Geen stukje is langer dan anderhalve pagina. Dat wil niet zeggen dat zo’n tekst snel ‘uit’ gelezen is. Integendeel. Kregting koppelt een laconieke zegging aan verschillende en bovendien snel verspringende betekenislagen, zodat er een gecomprimeerd, haast driedimensionaal taalwerk ontstaat. Kenmerkend daarvoor zijn een verrassende kijk op de werkelijkheid, een bizarre maar overtuigend overkomende ‘logica’ die tot hilarische momenten leidt, en tal van stilistische en lexicale vondsten: ‘één voor één knakten de amaryllissen op hets orgel en plengden rode vloeistof die dood vogeltje als diksap determineerde en dan werd het dingsig’.
Kregting gaat voorbij het punt waar het Surrealisme is blijven steken, zijn taalspel overstijgt traditionele thematieken en motieven en roept een nieuwe leeshouding op. Daarmee verwerft hij zich een unieke positie: even boeiend als, vooralsnog, onbereikbaar voor het grote publiek. Volg Kregting!


Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, maart 2006.
Uitgeverij: Wereldbibliotheek


www.alberthagenaars.nl




vrijdag 26 september 2014

DANIEL DEE - Monsterproof




Er valt weer veel te ontdekken in deze vierde bundel van Daniël Dee. Dat is deels te danken aan de thematiek van de ontregelingen in de waarneming van het dagelijkse bestaan, door de dichter onder de term ‘waanzin’ samengevoegd.
Zoals in vorige bundels toont Dee zich een rusteloze onderzoeker en weet hij door zijn met energie geladen woordenstromen soms diep in de taal door te dringen. Dat fnuikt wel de efficiëntie en effectiviteit die het genre eveneens eist. Eén voorbeeld:


uw informatiebron voor alles over wietkweken uitgebreide informatie over het kweken kopen bewerken roken en gebruiken van (medicinale)... gesmede zuiver geharde hamer waardoor splinteren of opkrullen wordt voorkomen uitvoering met hout...tijdens de winterberging op het droge is de buitenlaag van de antifouling lichtjes beginnen opkrullen, deze moet dus sowieso verwijderd worden vooraleer... kraken en opkrullen kraken en opkrullen oorzaak kraken wordt veroorzaakt door veel te dikke filmapplicatie door sterk wisselende temperatuurverschillen... (archief) dames die hun tenen opkrullen om pumps te kunnen dragen Marokkaanse jongeren liefde en relaties (archief) goede goedkope kapster voor haren opkrullen (soort watergolven)



en zo gaat het nog een tijdje door...


Poëzie is dus zeker niet in gelijke mate in het boekje van zes afdelingen te vinden maar nog het meest in de kortere teksten. Taalavontuur op zich daarentegen komt ongegeneerd aan bod in de prozagedichten, die zich soms over meer dan één pagina uitstrekken. Toon, woordkeuze en onderwerpen zullen vooral jeugdige lezers aanspreken. In het 6e deel staan vertalingen van Russische verzen van Liza Yuvachova, wellicht een mystificatie van Dee. ‘Monsterproof’ is geen ‘must have-bundel’ maar ook geen miskoop.

Eén van de 'rustigste' teksten is:


FOTO UIT DE DEE-COLLECTIE

Het mooie uitzicht op de Schie is niet zichtbaar.
Evenmin de ruimte die ons huis werkelijk had.
In het trapgat staat de grote koelkast klem.
Zo'n grote Amerikaanse koelkast die ik altijd
al wilde met een ijsblokmaker. Hij kan niet meer
omhoog of omlaag. Daarvoor sta ik te vloeken
tegen mijn persoonlijke demonen buiten beeld.
Ik was liever lethargisch gebleven, maar er kwam
een vrouw. Mijn lieve vrouw die achter
de koelkast staat. Haar paarse rok is net te zien.
Ze is drie maanden zwanger. Wie de foto
genomen heeft kan ik me niet meer herinneren.
Ik dacht dat wij in die tijd altijd met ons tweeën waren.



Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, april 2010.
Uitgeverij: Passage
Foto: Via Twitter (geen fotograaf genoemd)


www.alberthagenaars.nl









zondag 31 augustus 2014

JAN H. MYSJKIN - Rekenkunde van de tastzin




Verrassing! Dit boek bevat twéé bundels, behalve ‘Rekenkunde van de tastzin’ ook het in omvang kleinere ‘Sprkls, gldls’. Jan Mysjkin (º1955, Brussel), die vooralsnog meer bekendheid geniet als vertaler dan als dichter, presenteert ze als het 2e en 3e deel van een groter project. Mede omdat hij afwisselend in Amsterdam, Parijs en Boekarest woont, tonen zijn gedichten een grote mate aan pluriformiteit. Een van zijn doelen is het verkennen van culturen en taalruimtes. De verslaglegging richt zich echter meer op de verhaallijn, vaak uitlopend in surreële beschrijvingen, dan op stilistisch intrinsieke toepassingen. Beelden als “De eekhoorntjes zien eruit als speelse krokodillen in ’t klein” zijn geen uitzondering. Door deze discrepantie tussen opzet en uitwerking overtuigen de gedichten lang niet altijd. Anderzijds is Mysjkins onderneming dankzij de ambitie, het versplinterde perspectief en het plan de campagne origineel genoeg om te blijven volgen. De bibliotheken kunnen beter wachten totdat deze poëzietocht met het slotdeel (het 10e) is afgesloten en een overzicht verschijnt.


Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, april 2011.
Uitgeverij: Meulenhoff





zondag 6 juli 2014

TILL LINDEMANN - In stille nachten





Hardrockfans zullen Till Lindemann (1963, Leipzig) kennen als zanger van de Duitse band Rammstein. Deze tweede gedichtenbundel van hem, die alleen in de Nederlandse vertaling wordt weergegeven, richt zich op primaire gewaarwordingen als angst, pijn, lust en eenzaamheid. Toch worden die vaak ingebed in humor, van de wrange soort dan. De teksten variëren in omvang en kennen een strofische vorm. Hoewel de auteur het in interviews ontkent, maakt hij veelvuldig gebruik van effectbejag. Daarnaast geeft hij zich volop over aan clichés en flauwekul:


Doe het licht aan
zodat ik
je kan zien.


Dit is een compleet gedicht, evenals


's Nachts in mijn droom
sta je voor me
pak je mijn hand
en neem je me mee weg van hier!


Het is vanwege Lindemanns faam commercieel begrijpelijk dat zoiets uitgegeven wordt maar in alle andere opzichten bedenkelijk. Slechts af en toe kun je nadenken over een situatie of idee, lachen om een absurde grap of anderszins genieten. Deze teksten passen eventueel als egodocument op de schappen met popmuziek, als poëzie is het merendeel volstrekt ontoereikend.
De illustraties, van Matthias Matthies, zijn wel geslaagd; ze zijn scherp, stijlvol en intrigerend!





Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, april 2014
Uitgeverij: Lebowski
Foto auteur: onbekend


www.alberthagenaars.nl

donderdag 19 juni 2014

ROGER DE NEEF - Zeelanden enz.




Wie van goede haiku’s houdt, en de van origine Japanse versvorm wordt nog steeds populairder, mag dit fraai verzorgde boek bestellen. Het bevat 65 van deze korte gedichten van Roger De Neef (1941, Wemmel), die al een goede staat van dienst als dichter heeft, en afbeeldingen van acrylschilderijen van Michel Buylen (1953, Gent). De Neef kon dezelfde aandacht voor nuance, detail, sfeer en verrassing bereiken als de ragfijne, uiterst realistische weergaven van o.a. bloemen, blote meisjes en strand en zee kennen. Hij stond zich de nodige vrijheid toe maar gaf verreweg de meeste teksten wel het lettergreepschema 5-7-5. Twee voorbeelden die aangeven hoe zijn regels in elkaar overvloeien:


De blauwe nerven
van zand zee en lucht alles
is vlees geworden.


en


Ingesloten in
de moeder door de open
zee ingesloten.


Alle gedichten zijn ook vertaald opgenomen, in het Frans door Bernard de Coen, in het Engels door Trisha Rose Jacobs. Deze versies kennen noodgedwongen een lossere vorm.

Het was een passende keuze de teksten ter wille van een grotere eenheid van kleur te laten wisselen.







Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, april 2014
Uitgeverij: Lannoo
Foto auteur (detail): David Samyn


www.alberthagenaars.nl

vrijdag 23 mei 2014

HANS DEKKERS - Een uil in de zon




Ambitie en, nog belangrijker, schwung, dat heeft Hans Dekkers (1954, Venlo), die 5 romans schreef maar als dichter pas in 2006 met 'Banjoman' debuteerde. Met ‘Een uil in de zon’ levert hij een staalkaart van mogelijkheden af: lange gedichten en korte (van soms maar enkele woorden), strofische en zonder witregels, maar steeds is zijn taal krachtig, grijpend naar originele combinaties van woorden, gedurfde beelden. Het onderlinge verschil in kwaliteit is groot, te groot. Naast sublieme momenten zijn er draken van regels als “Potdicht zijn de kluizen waarin de oeverloze geest / zich achter adem krabbend schor zingt” waarin de effecten elkaar verdringen en dus teloor gaan. Met een grotere beheersing, een betere dosering vooral, en toch eenzelfde tempo zou hij gemakkelijk veel verder komen. Ook in de keuze van onderwerpen is hij niet bepaald schuchter. Hij behoort tot de dichters die uit elk object, elk idee, elke ervaring wel vonken weten te slaan maar die dan niet altijd kunnen laten oplaaien tot een vuur. In Dekkers’ askring liggen echter genoeg gloeiende sintels om de ware poëzielezer warm te houden.
Het beste gedicht is ‘Zwerfkei’, waarin jeugdherinneringen een autonome en ook nog eens spannende werkelijkheid in taal bereiken:


Ik verstop in een zandbak het monsterende ik,
de conquistador. Boven spant
het zwerk van een versleten deken
met een zwerfkei op elke windrichting.
Dan stort een meteoor één meter door het heelal.
Ik ren achter mijn broertje het huis in,
mijn tranen rode druppels op het parket.

In de erker wachten we achter een gaashor
op de blauwe Simca. Mijn vader stapt uit, gehaast,
niet lang daarna gaat zijn hand door mijn klittende haar,
hij grijpt naar naald en draad. Herinnering sluit zich,
trekt zich terug in dromen:

erker, gietijzeren hek, tikkende buizen,
gebrandschilderde ruiten boven aan
een oneindige, marmeren trap. In dit huis vol van aceton- en
jodiumgeuren beroert een zachte ziel een metalen eendenbek.
Ik neem de trap en steek de bek diep in mezelf,
tuur en tuur, zie de tuin, de kei, mijn bloed.





Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, februari 2010
Uitgeverij: Wereldbibliotheek
Foto auteur: Koos Hageraats


www.alberthagenaars.nl

zaterdag 19 april 2014

WILLEM GLAUDEMANS - Veelkleurig wit



Ver van de poëzierenbaan, van het poëticaal discours ook, bouwt Willem Glaudemans (1954, Den Bosch) aan een oeuvre waarvan elk gedicht zich meteen inhoudelijk onderscheidt. Gevoed door zijn kennis van tal van religieuze en esoterische geschriften (hij vertaalde o.a. de 'Nag Hammadi' teksten) past hij met wisselend succes diverse daaraan ontleende principes in zijn verzen toe. 'Veelkleurig wit', deze titel geeft zijn streven naar eenheid in verscheidenheid al aan, is Glaudemans’ derde bundel en met 130 pagina’s meteen de dikste. Niet voor niets verscheen hij bij Tattwa, gespecialiseerd in spirituele boeken. Het Sanskrietwoord tattva betekent o.a. elementaire waarheid. Het boek kent een symbolisch geladen compositie van negen afdelingen plus een vooraf en achteraf. In de derde en zevende speelt een verzelfstandigd, soms gepersonifieerd Niets, de hoofdrol. Ook andere ontkenningswoorden zijn actief. Dat uitgangspunt leidt tot fascinerende regels met veel contrasten die dat, afhankelijk van de leeshouding, niet hoeven te zijn, die zelfs samen kunnen vallen. Andere delen verwijzen vooral naar plaatsen (Ierland, Troje), beroepen (chauffeur, heelmeester, profeet, alchemist) en culturen. Zelfs waar Glaudemans’ verzen aan poëtische slagkracht inboeten, blijven nog altijd boeiende gedachten overeind. Het slotgedicht is een oude tekst, nog uit zijn studententijd. Het past zo goed hier dat het als een sluitsteen kan fungeren.
Ik kies echter een ander vers, meer representatief, om deze korte bespreking af te sluiten:



GEGEVENS VOOR EEN (SYMBOLISTISCH?) GEDICHT

morta is in het Bretonse frans
wat bogwood in het Ierse engels is,
in de nederlandse veenkolonie is er
het woord kienhout
voor het fossiele diepzwarte hout
dat met turf is samengeperst
net niet versteend, donker hard onbrandbaar
(in oude Ierse cottages als latei boven de haard gebruikt)
en niet door mensenhand meer te kerven
als het eenmaal door tufstekers is blootgelegd
uit de donkere zompige grond,
alleen in het natte veen is het, van vocht verzadigd,
te bewerken, waarna het zich in die vorm
terugtrekt in zijn onwrikbare tijdloosheid
maar waarvan dit nu het symbool is?
(inzendingen graag naar onderstaand adres)

ingezonden door
Seamus Heaney; het veenlijk van mijn vader
T.S. Eliot: bomen uit braakland in april
H.H. ter Balkt: weet niet, cement misschien?
Wallace Stevens: stille wereld die harde woorden maakt







Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, november 2013
Uitgeverij: Tattwa


www.alberthagenaars.nl

vrijdag 28 maart 2014

ZEELAND - Literaire reis langs het water




Wind, havens, vertes, de liefde én de angst voor het water; aan deze greep uit de zak met kernwoorden die Zeeland bepalen wordt in onderhavige bloemlezing ruimschoots voldaan. Een hoogtepunt is al meteen de inleiding met 30 blz. van Francisca van Vloten. Het zou niet moeten maar feit is dat de kwaliteit hiervan die van nogal wat opgenomen gedichten en prozafragmenten overtreft.
De bijdragen zijn van in Zeeland geboren en getogen auteurs als Hans Warren, Johanna Kruit en Hans Verhagen maar ook van betrokken buitenstanders als J.C. Bloem en Job Degenaar. Behalve de literaire kwaliteit is ook de geografische dekking opvallend ongelijk. Zo is er buiten de inleiding geen aandacht voor Tholen en St.-Philipsland, terwijl daar toch goede literatuur over bestaat. Helaas werd één vers tweemaal opgenomen. Commercieel dik in orde maar poëtisch storend is de reclame van sponsors, elk aanwezig met een grote foto, steeds naast een tekst. Tenslotte valt de kwantiteit tegen: slechts 26 keuzes. Daarom is dit boekje, behalve voor de bibliotheken in Zeeland natuurlijk, niet echt een aanrader.

Hieronder twee van de betere gedichten: een destijds, in 1963, opvallend moderne tekst van Hans Verhagen, gevolgd door een traditioneel vers van Johanna Kruit van latere datum:



ZEEUWSE REPORTAGE

Zeeuwse reportage: Aktueel is de branding,
en natuurlijk het bazalt,
en geen teken van leven geeft de passerende voetstap.

Het zand heeft veel mensenkennis opgedaan,
en 30.000 jaar herinneringen vastgelegd:
geen lamp die deze wiskunde wil lezen.

Ornitologisch of lyrisch klapwiekt de mens voorbij,
schijngestalte v.d. maan uit zijn agenda;
hem gaat geen licht op.



WALCHEREN BIJ AVOND

De dag gaat dicht als een deur. Jij schudt
een sprookje uit je mouw. We lopen
langs het duinpad naar de sterren en open
gaat de nacht. De lage lichten van de kust

beloven meer dan je kunt zien. Een visser staat
met zijn lantaarn aan in zee. Het silhouet
van een geluidloos schip wordt neergezet
tegen de einder en verschuift. Met regelmaat

van enkele seconden zwaait een armvol licht
vanaf de vuurtoren over ons heen. De wind
gaat liggen in een dal, de avond wint
het van de dag. En dan van ver komt er een dicht-

regel van Achterberg over het schaduwpad:
"Aan het roer dien avond stond het hart".




Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, december 2013
Uitgeverij: Achterland



www.alberthagenaars.nl




zondag 23 februari 2014

ROEL RICHELIEU VAN LONDERSELE - De Bruiden




Ter gelegenheid van zijn 40-jarig dichterschap kwam Roel Richelieu van Londersele (1952, Ninove), die ook proza publiceert, voor de tweede keer met een overzicht uit zijn oeuvre van ruim 10 poëzietitels. Ditmaal nam hij uit de eerste 2 bundels slechts één gedicht op en uit de 3e vijf. De andere werden integraal opgenomen. Achteraan staat de nieuwe zesdelige bundel, eveneens ‘De bruiden’ geheten. Hoewel hij al lang actief is, bleef zijn stijl opvallend bestendig. Zijn teksten kennen een regelmatige strofische bouw, eenvoudige zegging en een vaak op dezelfde manier uitgewerkte beeldspraak. Met vallen en opstaan heeft hij deze formule steeds verder verfijnd. Inhoudelijk mag hij de dichter van de relaties genoemd worden. Tegenstellingen worden bij hem niet over en weer uitgeschakeld maar met tal van nuances, door de lezer dus mede te bepalen, onverbrekelijk met elkaar verbonden. O.a. man en vrouw, vader en zoon, landschap en stad, gezondheid en ziekte, leven en dood krijgen zodoende meer diepte dan men verwacht. 'De bruiden' is geen topbundel maar kent wel topgedichten. Van Londersele is een dichter die zijn kavel in ons taalgebied niet alleen hypothecair heeft afgelost maar gezien de hoge kwaliteit van met name de laatste bundel danig in waarde heeft doen vermeerderen. Een bestelling waard, ook nog bij twijfel.




ALZHEIMER

er ligt niets in de zeef van de dag
geen spijker, geen hand, geen boek
hij loopt langs de rand van zijn terugkeer
op zoek naar geleefd en geliefd

en niets nadert, het gras weigert,
zand rukt op, bomen groeien uit elkaar,
de wilgen staan niet bij de beken

hij, de roeier, verlangt naar water:
stroomopwaarts ligt de stad van zijn geheugen



Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, november 2013
Uitgeverij:Houtekiet / Atlas-Contact
Foto auteur: © Albert Hagenaars, 23 februari 2014, Hoboken



www.alberthagenaars.nl




vrijdag 17 januari 2014

NACHOEM M. WIJNBERG - Nog een grap





Pas als je een eind in dit poëzieboek van maar liefst ruim 300 pagina's van Nachoem Wijnberg (1961, Amsterdam) hebt gelezen, besef je het belang van de aanvankelijk zo kleurloze titel. Het is namelijk niet zo dat de dichter grappen in poëzie vertaalt of light verse brengt. Hij blijkt meer geïnteresseerd in gewaarwordingen als ontroering, schrijnend verdriet en vervreemding die vaak ten grondslag liggen aan humor. Niet een bevrijdend lachen staat centraal maar de ruimte waarin dit zo zou kunnen gebeuren, met inbegrip van het verlengde van het gedicht (zie titel dus). Hij gaat regelmatig uit van gangbare grapsettings maar geeft er dan zo'n draai aan, bijv. door onthechting op te roepen, dat je gedwongen wordt na te denken over je eigen positie, identiteit. Het is niet alleen een origineel maar ook dankbaar uitgangspunt. Zoals gewoonlijk bij Wijnberg is beeldspraak ver te zoeken. Zijn teksten lijken uiterlijk op gedichten maar kunnen inhoudelijk ook als verhaaltjes worden benoemd. Dat maakt de werking echter niet minder indringend, al zijn de effecten wel sterker naarmate je fragmenten vaker leest.




Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, november 2013
Uitgeverij: Atlas/contact
Foto auteur: ?

www.alberthagenaars.nl