zaterdag 30 november 2019

JAN BAEKE - Houvastvergankelijkheidsleer


De titel geeft al aan waar Jan Baeke (Roosendaal, 1956) op uit is: een systeem waarin zekerheid afgemeten wordt aan duurzaamheid. Baeke zou Baeke niet zijn als in beide gevallen niet ook verschillende soorten daarvan werden betrokken.

Zijn gedichten, inhoudelijk gefragmenteerd maar thematisch onderling verbonden, gebruiken geen (pseudo)wetenschappelijke taal maar juist een opvallend eenvoudige zegging, spreektaal bijna. Door kleine fricties tussen de betekenislagen ontstaat telkens vervreemding zonder dat de lezer die zomaar kan verklaren. Zo wordt hij/zij zelf onderdeel van de tekst.

Een vondst is een zogenaamde ‘index’ van begrippen achterin die, zonder dat ze per se genoemd worden, aan de orde komen in gedichten op de aangewezen pagina’s. Het eerste, ‘Aanvaarding’, blijkt bijvoorbeeld werkzaam op 13 verschillende bladzijden. Karakteristiek is een citaat als:


Er is veel van de wereld dat ik op mag knappen.
Er zit een vrouw in mij
die zegt dat ik de vrouw ben die dat kan.



Dit is ontegenzeglijk een boeiende bundel. Hij vereist inspanning maar levert rente op. In denkplezier!
Deze poëzie is niet alleen boeiend voor poetry watchers maar voor elke aandachtige lezer!



Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, november 2018



Zie ook:
Frozen Poets - Beelden, graven en andere sporen van dichters

Lange kritieken, gepubliceerd op De Verborgen Hoek

Nederlandstalige gedichten in Indonesische vertaling

www.alberthagenaars.nl



BERNARD DE WULF - Naar het gras


Verleiden is belangrijk voor Bernard Dewulf (1960, Brussel). Denk aan zijn essays over de aantrekkingskracht van kunst. Ditmaal weet hij in gedichten, sterker dan voorheen, de lezer deelgenoot te maken van esthetisch en ander genot. Dat berust o.m. op de keuze voor woorden die onbestemdheid weergeven maar tegelijk suggestie oproepen (ruisen, drentelen, ontwaren, schampen), origineel verwoorde, grammaticaal ontrouwe details (niet verkeer maar klein verkeer, niet schommels maar late schommels) en een aangenaam stromend ritme.

Inhoudelijk verweeft hij onderwerpen als liefde en lust, vervulling en gemis. Een belangrijk thema is dan ook het zoeken naar geluk, en het vasthouden ervan, tegen beter weten in! Behendig speelt hij vrouwelijke symbolen (kokerrok, spinnen, holte) uit tegen mannelijke (piemel, penseel, meesters).

Dit alles levert onderhuidse spanning op en een aanhoudende reeks verrassingen:


Hij deelt mij op in velen,
nooit ben ik in hem heel geweest.

Wij zijn de spelers van elkaar.



Deze poëzie is niet alleen boeiend voor poetry watchers maar voor elke aandachtige lezer!



Geschreven in opdracht van NBD/Biblion, november 2018



Zie ook:
Frozen Poets - Beelden, graven en andere sporen van dichters

Lange kritieken, gepubliceerd op De Verborgen Hoek

Nederlandstalige gedichten in Indonesische vertaling

www.alberthagenaars.nl